Ook jongens

"Jongens kunnen toch geen anorexia krijgen?" lachte ik schamper tijdens een les biologie. "O echt wel", zei mijn docente, een broodmagere vrouw met een ingevallen gezicht en een haakneus. Een paar jaar later lag ik in het ziekenhuis. Anorexia, noemden ze het. "Wat zei ik je?" mompelde de krakende stem van mijn biologielerares in mijn hoofd...

Ik was bijna dood, is me achteraf verteld. Een paar kilo minder, een paar dagen langer doorgaan met waar ik mee bezig was, was me fataal geworden. Hoe het zo ver heeft kunnen komen? Tja, ik weet het eigenlijk nog steeds niet. Als iemand me van te voren gezegd had dat ik anorexia zou krijgen had ik die persoon keihard uitgelachen.

Een tijd geleden is mijn beste vriend overleden. Na de dood van deze vriend had ik het idee in een zeilboot zonder stuur rond te dobberen, op een wereld die ik niet langer begreep. Ik had last van paniekaanvallen, had mezelf totaal niet meer onder controle. Om mij heen bleven mensen maar tegen me praten, ze dwongen mij bijna om mijn verhaal te doen. Ze begrepen niet dat ik dat niet wilde, dat ik er gek van werd om het verleden telkens opnieuw op te moeten halen.

Ik denk dat ik op dat moment wanhopig op zoek was naar een houvast, een reddingsboei. En die vond ik in afvallen. Dat gaf me de controle die ik kwijt was geraakt, een doel om na te streven, iets om me compleet op te storten. Het was eigenlijk een soort drug; Ik wist dat het slecht voor me was, maar ik kon er niet mee stoppen.

Voordat ik aan die drug begon was ik nooit ongelukkig geweest, in tegendeel. Ik was tevreden met mezelf, met wat ik deed, met mijn leven. Ik had lieve familie, een paar goede vrienden. Ik haalde hoge cijfers op school. Ik speelde in een band en we waren goed. De zelfhaat en de tranen kwamen daarna pas, toen ik ontdekte dat streefgewichten nooit laag genoeg konden zijn. Dat de prijs voor controle je gezondheid was. Dat je het nooit meer warm kreeg als je eenmaal diep genoeg gezonken was.

Ja, mijn omgeving had wel door dat het slecht met me ging. Mijn ouders waren vaak genoeg bezorgd over me. Maar ze hadden het zo druk met hun antiekwinkel, ik wilde hen niet tot last zijn. Voor mijn twee zusjes en broertjes was ik "het grote neutrale gebied" (om mijn vaders woorden te gebruiken) in hun ruzietjes en discussies. Alles wat ik zei was wijsheid. Als ik huilde, dan huilden zei ook, want dan was er een reden om te huilen. In mentor gesprekjes en bij vragen van andere leraren zei ik altijd dat het goed met me ging.

Wanneer zij redenen gaven waarom dat niet zo zou zijn, of als ze begonnen over vrienden die aangegeven hadden dat ze dachten dat het niet goed met me ging, ontkende ik alles. Soms gaf ik een grote mond, dan ergerden ze zich aan mij en hielden er wel over op. Ze zouden me toch niet begrijpen, fluisterde het stemmetje van de anorexia in mijn hoofd. Ze zouden me toch niet begrijpen, bevestigden de ana meisjes die ik daarvoor zo verafschuwt had.

15 sep 2017, Nouska proud2me


Reacties

plaats reactie
1

Sterkte.

15 sep 2017, 18:09, juliatje.
2

Wat ben jij een prachtige sterke meid. Zoveel respect voor jou. God bless you❤

16 sep 2017, 19:09, Rosalie
3

love you. Haha je bent een kanjer

16 sep 2017, 19:09, Nouska

Reageer

Dit topic is gesloten voor verdere reacties, mocht je hierover vragen hebben dan kun je contact opnemen met de coordinator.